Inspectie
Een inspectie van de vloeistofdichte vloer of verharding is alleen verplicht wanneer dat in een artikel van het Activiteitenbesluit (of de Activiteitenregeling) danwel in uw omgevingsvergunning bepaald is.
De vloeistofdichtheid van vloeren en verhardingen kan op termijn worden aangetast. Om vast te stellen of de vloer of verharding in uw bedrijfssituatie vloeistofdicht blijft, moet u deze tenminste één keer per jaar met uw eigen bedrijfsinterne controlesysteem nalopen. En één keer in de zes jaar moet u de vloeistofdichte vloer of verharding laten inspecteren door een onafhankelijke, erkende inspecteur. Na goedkeuring door de inspecteur wordt een Verklaring Vloeistofdichte Voorziening afgegeven.
In het Activiteitenbesluit - waarin voor de meeste ondernemers de milieuregels zijn opgenomen - is het inspecteren van de bedrijfsriolering niet wettelijk vereist. Bij mogelijke problemen wordt deze inspectie wel aanbevolen, om te voorkomen dat lekkage van de riolering alsnog tot bodemverontreiniging zou kunnen leiden. Hier geldt uw eigen verantwoordelijkheid als ondernemer.
Zoekt u een erkend inspectiebedrijf dat inspecties kan uitvoeren, klik dan hier. Deze bedrijven moeten erkend zijn op basis AS SIKB 6700 (inspectie bodembeschermende voorzieningen) dan wel AS SIKB 6800 (controle en keuring tank (opslag) installaties). Voor de tekst van deze richtlijnen klik hier: AS SIKB 6700 en AS SIKB 6800.
Aanleg
Ook de aanleg van vloeistofdichte vloeren is alleen verplicht wanneer dat in een artikel van het Activiteitenbesluit (of de Activiteitenregeling) danwel in uw omgevingsvergunning bepaald is.
In de Activiteitenregeling zijn in artikel 3.25 en 4.94 eisen gesteld aan de aanleg van de vloeistofdichte voorzieningen en bedrijfsrioleringen. De vloeistofdichte voorziening en bedrijfsriolering moet vloeistofdicht zijn aangelegd de BRL 7700. De BRL 7700 is de opvolger van de BRL’s 2319, 2362, 2371, 2372 en bevat criteria op basis waarvan een vloeistofdichte voorziening moet worden aangelegd of hersteld.
Na aanleg van een vloeistofdichte vloer geeft de aannemer een BAOC (Bewijs Aanleg Onder Certificaat) af. Deze BAOC is gedurende 6 jaar gelijkwaardig aan een Verklaring Vloeistofdichte Voorziening. Na 6 jaar moet een inspectie door een geaccrediteerd en erkend inspectiebedrijf plaatsvinden.
Na herstel van een vloeistofdichte voorziening geeft de aannemer een BHOC (Bewijs Herstel Onder Certificaat) af waarmee kan worden aangetoond dat de vloer vloeistofdicht is hersteld.
De verplichting om de vloeistofdichte vloer en het aangesloten afwateringssysteem aan te laten leggen door een
erkend bedrijf geldt voor alle afleverplaatsen waar meer dan 25 kubieke meter vloeibare
brandstof wordt afgeleverd. Niet alleen aan motor- en spoorvoertuigen maar ook
aan snor- en bromfietsen, agrarische voer- en werktuigen etc. Als bij de afleverplaats minder dan 25 kubieke meter per jaar
wordt afgeleverd dan is een vloeistofdichte vloer of verharding niet verplicht.
Er mag dan ook een andere bodembeschermende voorziening worden toegepast, bijvoorbeeld een vloeistofkerende
voorziening met incidentenmanagement. In bepaalde specifieke gevallen mag
in plaats van een vloeistofdichte vloer of verharding een geomembraanbaksysteem
worden toegepast.
Zoekt u een erkend bedrijf dat vloeistofdichte vloeren kan aanleggen of herstellen, klik dan hier.